Longread: Ronald Waterman, een leven lang Bouwen met de Natuur

Dr. Ir. Ronald E. Waterman: zijn carrière in het kort. Met dit artikel spreekt de deltacommissaris zijn waardering uit voor de grote bijdrage van Waterman aan de integrale ontwikkeling van delta’s en kusten in Nederland en in tientallen andere landen. Dit interview is opgetekend door Wilfried ten Brinke.

Vergroot afbeelding Ronald Waterman
Ronald Waterman.

Hij is doctor Civiele Techniek en Geowetenschappen en studeerde af in chemische en milieutechnologie. In Nederland was hij adviseur bij een hele reeks overheidsorganisaties en kennisinstituten, variërend van het Waterloopkundig Laboratorium en de Rijksgeologische Dienst, tot het TNO, GeoDelft, de gemeenten Rotterdam en Den Haag, de Provincie Zuid-Holland en Rijkswaterstaat. Daarnaast adviseerde hij, op verzoek van Nederlandse en buitenlandse overheden en bedrijven, in 56 landen over de toepassing van Building with Nature en Aquapuncture. Hij was docent aan talrijke universiteiten en gaf 2500 lezingen voor een gehoor variërend van studenten in collegebanken tot kinderen voor de TV bij Klokhuis. Hij was 33 jaar lang lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland en werd in 2007 benoemd tot beste statenlid van Nederland. Hij leverde een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van Building with Nature en was betrokken bij 12 projecten voor de ontwikkeling en uitbreiding van de Nederlandse kust tussen Hoek van Holland en IJmuiden. Voor zijn werk ontving hij een groot aantal onderscheidingen in binnen- en buitenland. Hij is Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en Officier in de Orde van Oranje-Nassau.

Veel informatie over zijn carrière is te vinden op zijn eigen website www.ronaldwaterman.nl.

Veelzijdig ingenieur

Zijn naam ben ik in de afgelopen tientallen jaren al vaak tegengekomen, maar ik heb hem nog nooit gesproken. Dat gaat nu veranderen. Bij Deltares in Delft wacht hij ons op voor een goed gesprek over zijn carrière en zijn visie op de toekomst van de Nederlandse kust en delta, en die van andere regio’s in de wereld: Ronald Waterman.

Hij is doctor Civiele Techniek en Geowetenschappen, maar zijn kennisbasis is veel breder. Hij studeerde af in chemische en milieutechnologie. Nu, op een leeftijd van 88 jaar, is hij nog steeds actief in het uitdragen van zijn kennis. Met zijn lange carrière heeft hij veel te vertellen, merken wij tijdens ons gesprek, maar zelf plaatst hij daar meteen een kanttekening bij: "Hoe meer ik weet, hoe meer ik besef hoe weinig ik weet."

Hij neemt ons mee naar de begintijd van zijn loopbaan. Hij was adviseur bij een hele reeks overheidsorganisaties en kennisinstituten, variërend van het Waterloopkundig Laboratorium en de Rijksgeologische Dienst, tot het TNO, GeoDelft, de gemeenten Rotterdam en Den Haag, de Provincie Zuid-Holland en, al vele jaren, Rijkswaterstaat. "Ik heb bij Rijkswaterstaat 5 DGs meegemaakt", zegt hij, daarmee illustrerend dat hij inderdaad alweer een tijdje meegaat. Hij vertelt over een gesprek met ‘zijn eerste’ DG van Rijkswaterstaat, Van Dixhoorn, waarin hij benadrukte wat de meerwaarde zou zijn van het bundelen van de kennis van al die verschillende instituten binnen één kennisinstituut. Nu begrijp ik ook waarom hij ons gesprek graag bij Deltares wilde voeren: 25 jaar later werd die meerwaarde, met de oprichting van Deltares, een feit.

Building with Nature

Als hij vertelt over de tijd waarin hij adviseur werd bij al deze instituten wordt meteen duidelijk waar zijn passie zit: in het verbinden van kennisvelden voor een duurzame en integrale ontwikkeling van de kust en de delta. Op zoek naar kennis van de ontstaansgeschiedenis van onze delta kwam hij uit bij de Rijksgeologische Dienst. Het besef dat je voor multifunctioneel gebruik van de delta de eigenschappen van de ondergrond moet kennen bracht hem bij GeoDelft. En zo, stap voor stap, verbreedde hij zijn adviseurschap en legde hij de basis voor een manier van werken die velen van ons nu als vanzelfsprekend beschouwen: Building with Nature. Bouwen in harmonie met de dynamiek van de kust en de delta in plaats van bolwerken tegen de zee; duinen en stranden in plaats van dominant dijken en dammen. Hij beschouwt de ontwikkeling van deze manier van werken, waarbij oplossingen bijdragen aan het versterken van de economie én het milieu, als het belangrijkste wapenfeit uit zijn loopbaan. Hij is nog steeds directeur van de stichting Building with Nature.

Vergroot afbeelding Figuur 1 (links): symbool van water en land met daartussen pijlen die de uitwisseling van water en zand verbeelden langs een dynamische kustlijn waarin aangroei en afslag bij benadering met elkaar in evenwicht zijn.
Figuur 1. Wat Ronald Waterman verstaat onder Building with Nature laat hij zien in twee symbolen: Op het grensvlak van land en zee leidt de uitwisseling van water en zand tot een dynamische kustlijn waarin aangroei en afslag van de kust bij benadering met elkaar in evenwicht zijn (links). Deze dynamiek leidt tot een kustlijn met zo min mogelijk harde zeeweringen en met land in water en water in land (rechts) (Bron: Paul Liesting).

Zijn werkveld waren de – voor overstromingen – kwetsbare, dichtbevolkte kusten en delta’s waar een groot deel van de wereldbevolking woont. In al deze gebieden is de ruimte schaars voor alle belangen en functies die moeten worden bediend. Er zijn oplossingen nodig om mensen minder kwetsbaar te maken voor, onder meer, overstromingen en droogte, en tegelijkertijd is er behoefte aan meer ruimte voor de natuur. Waterman keek naar de verschillende problemen aan de kust, in hun onderlinge samenhang en in hun relatie tot de zee en het achterland. Hij zocht naar afgewogen oplossingen voor de veelheid van belangen en functies die moeten worden bediend, inclusief het versterken van de natuur. Dat is de kern van zijn werk. Vanuit deze invalshoek adviseerde hij, op verzoek van Nederlandse en buitenlandse overheden en bedrijven, in 56 landen over de toepassing van Bouwen met de Natuur.

Zijn kennis en ervaring bracht hij samen in het omvangrijke boek ‘Naar een integraal kustbeleid via Bouwen met de Natuur’. Op de voorkant een symbool van water en land met daartussen pijlen die de uitwisseling van zand en water, en daarmee de dynamiek van de kustlijn, verbeelden. Op de achterkant het yin-yang symbool dat het uiteindelijke doel laat zien: een dynamische kustlijn met land in water en water in land (figuur 1).

Aquapuncture

De toepassing van Building with Nature was in de loopbaan van Ronald Waterman vooral verbonden met delta’s en kusten, waar wereldwijd de meeste grote steden liggen. Bij een bezoek aan Mexico-Stad werd zijn interesse gewekt door de grote steden die niet in een delta of aan de kust liggen. Hij vroeg zich af: waar is het water? Hij ging zich verdiepen in de geschiedenis van de stad en ontdekte hoe het water, dat bij het ontstaan van de stad zo’n grote rol had gespeeld, in de loop der tijd steeds meer uit de stad verdween. "Zo werd ik mij bewust van de betekenis van het water’, vertelt hij, ‘voor alle grote steden in de wereld."

Het zette hem aan het denken en zo ontwikkelde hij, samen met ing. Jaap A. Brouwer MUrb, een nieuwe manier om water een meer centrale plek te geven in steden langs rivieren, meren en kanalen: Aquapuncture. Het gaat hierbij om het revitaliseren van water in en om de stad, gericht op een optimale benutting, aanpassing, beheer en beleving van waterwegen en hun waterfronten in het binnenland. Deze revitalisatie versterkt de bescherming tegen overstroming, de waterberging in tijden van droogte, de peilbeheersing, de waterkwaliteit, de bevaarbaarheid, de economie en werkgelegenheid, de urbane en rurale leefomgeving, en het milieu, de natuur en het landschap. In het woord aquapunctuur ligt, bewust gekozen, een analogie met het begrip acupunctuur. Waar acupunctuur wordt gebruikt om het menselijk lichaam te revitaliseren, ligt de toepassing van aquapunctuur in het revitaliseren van binnenwateren.

Hij paste deze werkwijze toe in verschillende steden. Hij liet zien hoe die steden meer van ‘hun’ water kunnen profiteren door waterwegen in en om de stad met maatregelen zo aan te passen dat verschillende functies (weer) van dat water gebruik kunnen maken. Hij noemt als voorbeeld Milaan, waar hij nog steeds als adviseur bij betrokken is. Ook in Nederland zag hij in de afgelopen jaren veel voorbeelden langskomen van een herwaardering van water in steden, dorpen en elders in het land, zoals het herstel van de haven van Breda, de Binnendieze in ‘s-Hertogenbosch en de Catharijnesingel in Utrecht.

In zijn model voor Aquapuncture legt hij de relaties tussen de kansen van water en de maatregelen aan de waterwegen die nodig zijn om die kansen te kunnen verzilveren. Daarvoor is zijn model gekoppeld aan een model waarmee de maatschappelijke kosten en baten van maatregelen aan waterwegen kunnen worden geanalyseerd. Verschillende gemeenten langs hetzelfde watersysteem kunnen zo de kosten en baten in beeld krijgen, die onderling vergelijken en zo van elkaars maatregelen leren.

Volgens Waterman zou het mooi zijn als het principe van Aquapuncture door wordt ontwikkeld als studierichting binnen Civiele Techniek en Geowetenschappen aan de Technische Universiteit in Delft. Hij noemt het vakgebied havens en vaarwegen van prof. dr. ir. M. van Koningsveld als voorbeeld. "Mark van Koningsveld weet veel van aquapunctuur, in zijn vakgebied zou deze werkwijze goed passen."

De Nederlandse kust: 3500 ha nieuw land

Hij was betrokken bij een groot aantal projecten langs de Nederlandse kust. Zo was hij hoofdontwerper van de Slufter, een natuurgebied ten zuiden van de Maasvlakte, en medeontwerper van Maasvlakte 2. Hij adviseerde bij de kustuitbreiding tussen Hoek van Holland en Scheveningen, bij de aanleg van duinen met daaronder een parkeergarage bij Katwijk, de Marina Seaport en een derde haven met hangend strand bij IJmuiden, en de versterking van de Hondsbossche en Pettemer Zeewering waarbij de strekdammen en het asfalt verdwenen onder nieuw aangelegde duinen. Ook was hij betrokken bij de aanleg van de zandmotor, een grote zandsuppletie voor de Zuidhollandse kust waarvan het zand door golven en stromingen geleidelijk naar andere delen van de kust wordt gevoerd en daar het kustfundament voedt. Bij de realisatie van in totaal 12 kustprojecten, tussen Hoek van Holland en IJmuiden, speelde hij aan de basis een belangrijke rol. De projecten leverden Nederland 3500 ha nieuw land op. Belangrijke voorgangers van zijn werk aan deze kustprojecten waren ir. J.N. Svašek en prof. dr. ir. J.F. Agema. Experts die na hem bij deze kustprojecten betrokken waren zijn prof. dr. ir. M.J.F. Stive en prof. dr. ir. S.G.J. Aarninkhof.

Goede plannen wortelen in het verleden en wijzen naar de toekomst

Die projecten staan niet los van elkaar maar zijn onderdeel van een visie waarin de kansen voor zeewaartse uitbreiding van duinen en strand zoveel mogelijk worden benut. Hij zag die kansen ontstaan bij, onder meer, het Noorderhavenhoofd van Hoek van Holland. Daar kon natuur worden ontwikkeld door uitbreiding van de kustlijn naar zee, en zo ontstonden de Van Dixhoorndriehoek met zijn Kapittelduinen en aansluitend daarop een verbreding van de Delflandse Kust en het Spanjaardsduin. Kernelement van die visie is de aansluiting bij de natuurlijke dynamiek van de kustlijn. "Ik begin altijd met observaties, hoe zit de kust in elkaar", licht Waterman toe. "Ik onderzoek de geaardheid en wordingsgeschiedenis van kustlijn en zeebodem." Hij pakt de kaart erbij en wijst naar het stratenpatroon van Den Haag. "In Den Haag werden de straten vroeger aangelegd op de oude duinregels, de strandwallen met een ondergrond van zand. En dus zie je in het stratenpatroon de oriëntatie van de oude kustlijn met zijn strandwallen terug. Door bij kustuitbreiding de nieuwe secundaire duinenrijen aan te leggen in het verlengde van het stratenpatroon van Den Haag, bouw je de kust uit op een manier die aansluit bij de natuurlijke dynamiek. De oriëntatie van de oude duinregels laat de dynamiek zien van de krachten boven water, de dominante windrichting. De oriëntatie van de kustlijn wijkt hiervan af, want die ontstaat als gevolg van de krachten onder water, de stromingen en de golven. Aansluiten op deze oude patronen, ook dat is Building with Nature."

Dit voorbeeld illustreert het uitgangspunt bij zijn werkwijze: "Goede plannen wortelen in het verleden en wijzen naar de toekomst." Volgens Waterman moeten we er, in stappen, aan werken de kustlijn te herstellen die wij eeuwen geleden hadden. "Dan laat je zien dat je weet welke kustlijn van nature bij de dynamiek boven en onder water hoort, en dat je daarop aansluit en dus niets nieuws doet. Dat wekt vertrouwen bij alle belanghebbenden." In studies is in het verleden verkend tot hoever zeewaarts de kust kan worden uitgebreid. Voor Zuid-Holland wordt die zeewaartse grens onder meer bepaald door de lengte van het havenhoofd bij Hoek van Holland. Hij pakt de rapporten van die studies erbij en laat de kaarten zien met daarop de contouren die aangeven dat de ruimte voor uitbreiding van de kust nog lang niet benut is. "En als Scheveningen besluit een vierde haven aan te leggen en daarvoor de havenhoofden te verlengen, schuift ook daar het ophangpunt voor de kust weer verder naar zee, en neemt de ruimte voor kustuitbreiding nog verder toe."

Als hij terugkijkt op deze 12 projecten, heeft hij dan ergens spijt van? "Nee", zegt hij resoluut. "Mijn motto was en is: de grote uitdagingen van de 21 eeuw aanpakken met oplossingen die tegelijk goed zijn voor de economie en het milieu." Natuurlijk heeft hij wel eens moeten omgaan met tegenslag. "Geen spoorlijn zonder dwarsliggers."

Postzegels voor communicatie

Uiteraard is het belangrijk dat je plannen goed zijn onderbouwd en dat mensen zien dat je weet waar je het over hebt. Maar inhoud alleen is niet voldoende. Je moet je plannen goed communiceren om draagvlak te verkrijgen. Ronald Waterman heeft altijd veel tijd en energie gestoken in het uitdragen van zijn kennis en plannen. In totaal gaf hij 2500 lezingen, schat hij in, voor een gehoor dat varieert van studenten in collegebanken tot kinderen op de bank voor de TV bij Klokhuis. Ook als lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland viel hij op door zijn heldere, gedegen en koersvaste wijze van communiceren, een van de redenen waarom hij in 2007 werd benoemd tot beste statenlid van Nederland.

Voor zijn gesprekken met bestuurders en politici had hij al vroeg in zijn loopbaan een eigen methode ontwikkeld: zijn ‘postzegelverzameling’. Voor elk aspect dat je bij kustontwikkeling in beschouwing moet nemen, ontwierp hij een postzegel, 22 in totaal. Al die postzegels horen bij elkaar, vormen één geheel. Samen geven die postzegels de context van uitdagingen en kansen weer van plannen voor een integrale, multifunctionele en duurzame ontwikkeling van de kust. Al aan het begin van zijn carrière had hij zijn postzegelverzameling compleet. In de loop der jaren is aan het ontwerp van zijn postzegels niet veel veranderd. "Hooguit een drone erbij op de postzegel over transportmodules, want die had je vroeger nog niet."

Vergroot afbeelding Figuur 2. Oplossingsrichtingen zeespiegelstijging
Figuur 2. Voor het omgaan met de zeespiegelstijging hebben experts vier scenario’s ontwikkeld. In twee daarvan beschermen we ons tegen de zee met waterkeringen die de kustlijn helemaal sluiten (linksboven) of waarin zeegaten open blijven (rechtsboven). In de andere twee blijven waterkeringen zoveel mogelijk achterwege en bewegen we landwaarts mee met de stijgende zeespiegel (rechtsonder) of breiden we onze kustlijn juist zeewaarts uit (linksonder) (bron: Carof Beeldleveranciers, gepubliceerd in: Haasnoot, M. et al., 2019. Strategieën voor adaptatie aan hoge en versnelde zeespiegelstijging. Een verkenning. Deltares rapport 11203724-004).

De toekomst van onze kust: Zeewaarts uitbreiden? Doen we al!

Voor het omgaan met de zeespiegelstijging hebben experts vier scenario’s ontwikkeld (figuur 2). In twee daarvan beschermen we ons tegen de zee met waterkeringen die de kustlijn helemaal sluiten of waarin zeegaten open blijven. In de andere twee blijven waterkeringen zoveel mogelijk achterwege en bewegen we landwaarts mee met de stijgende zeespiegel of breiden we onze kustlijn juist zeewaarts uit. Op de vraag welke van de vier scenario’s zijn voorkeur heeft, kiest hij, niet verrassend, voor de zeewaartse uitbreiding. "Maar niet op die manier", voegt hij eraan toe, wijzend op de eilanden voor de kust in het betreffende plaatje. "Je moet de kust uitbreiden vanuit de bestaande kustlijn, zoals we in de afgelopen jaren hebben gedaan." Hij somt de nadelen op van eilanden voor de kust ten opzichte van een uitbreiding van de bestaande kuststrook: "Je hebt meer zand nodig want die eilanden liggen op dieper water, je zeewering wordt duurder want je kustlijn is langer en je hebt harde elementen nodig vanwege de hogere golven, het is geen oplossing voor de bestaande kustlijn bij zeespiegelstijging, je hebt een verbinding nodig om op die eilanden te komen en je krijgt niet de voordelen van een uitbreiding van de bestaande kuststrook, zoals een vergroting van de zoetwatervoorraad onder de duinen. Bovendien kun je de bestaande kustlijn gemakkelijker in fasen uitbreiden dan de aanleg van een eiland."

‘Eigenlijk hebben we al gekozen voor zeewaarts uitbreiden’, voegt hij eraan toe terwijl hij wijst naar de contourlijnen voor kustuitbreiding op de kaarten van de studies in het verleden. "Met de 12 kustprojecten in de afgelopen tientallen jaren zijn de eerste stappen van die zeewaartse uitbreiding gezet." Volgens Waterman moeten we hierop voortborduren, en zouden we zo 3 meter zeespiegelstijging aan moeten kunnen. Op de vraag wat te doen als de zeespiegel nog verder stijgt, volgt een veelbetekenende stilte. "Maar met kustuitbreiding als no-regret maatregel kunnen we nog meer dan honderd jaar vooruit."  

De toekomst van onze waterwegen (rivieren, kanalen en meren): Aquapuncture

Volgens Waterman ligt de meerwaarde van Aquapuncture in Nederland in het beheer van zowel onze kleine als onze grote wateren. Voor de kleine wateren noemt hij als voorbeeld het bouwen in de Zuidplaspolder. "Voordat je gaat bouwen moet je alle watergangen bestuderen opdat je bij het bouwen die watergangen en het waterpeil zo kunt aanpassen dat de waterhuishouding goed blijft functioneren als de woningen er staan. Je moet rekening houden met perioden van droogte en wateroverlast. De ingrepen die daarvoor nodig zijn, kun je zien als aquapunctuur."

Ten aanzien van onze grote rivieren zijn volgens hem al vele generaties voor ons aan de slag gegaan met aquapunctuur. "Een typisch voorbeeld zijn de maatregelen voor de waterverdeling over de verschillende takken van de Rijn", aldus Waterman, waarbij hij verwijst naar onder meer de aanleg van het Pannerdensch Kanaal 300 jaar geleden. "Ook de aanleg van de bypass Spiegelwaal bij Nijmegen is een goed voorbeeld van een grote aquapunctuur ingreep." En zo zijn er heel veel kleinere maatregelen die in de afgelopen jaren in de rivieren zijn genomen, zoals het verlagen van kribben en het deels verwijderen van struiken en bomen in uiterwaarden, die volgens Waterman binnen het principe aquapunctuur zouden kunnen passen.

Ons gesprek over ingrepen in de grote Nederlandse rivieren brengt de vraag naar voren in hoeverre hier sprake is van aquapunctuur of ook bouwen met de natuur. Zo wordt voor de rivieren het programma Integraal Riviermanagement (IRM) ingericht. Dit programma is meer dan het aanpassen van waterwegen voor het benutten van kansen. Binnen IRM kijken de Rijksoverheid en de regio ook hoe de rivier zich gedraagt en wat ingrepen met het gedrag van de rivier doen. Effecten van ingrepen hebben gevolgen voor functies van de rivier. Als je die effecten kunt beïnvloeden, kun je ook de kansen voor functies bijsturen. Is dat, naast het benutten van het water zoals Aquapuncture beoogt, niet ook het benutten van processen in de rivier, en dus Building with Nature? "Ja", zegt Waterman. "In het voorbeeld van de grote rivieren komen deze werkwijzen bij elkaar." En terwijl hij deze conclusie trekt, constateert hij met een glinstering in zijn ogen dat we hiermee op ‘een fantastisch, bijzonder slot’ van dit interview zijn aangeland. De principes Building with Nature en Aquapuncture, die Ronald Waterman tot op de dag van vandaag met veel enthousiasme is blijven uitdragen, blijken nauw verbonden met het Nederlandse waterbeleid aan de kust, in de delta en rond de waterwegen in het binnenland.