
In deze video zien we hoe de Maas en andere Brabantse wateren worden beheerd en beschermd. Verschillende betrokkenen vertellen over hun werk op het gebied van waterbeheer, dijkversterking, droogtebestrijding en rivierherstel. Beelden van de rivier, historische foto’s, natuurgebieden en stedelijke projecten illustreren de verhalen en laten zien hoe waterveiligheid, natuur en samenleving samenkomen.
(RUSTIGE MUZIEK)
(Lucht)Beelden van de Maas bij zonsopkomst: een boot vaart voorbij, vogels zitten op een boot en er ligt een woonboot.
VOICE-OVER: "De Maas slingert door Brabant en laat haar sporen achter in alles wat hier leeft en groeit. Ze brengt handel, vruchtbare grond, verhalen en soms ook water tot aan de drempel."
Theo van der Zanden, binnenvisser, staat bij de woonboot en bekijkt foto’s. De historische foto’s van het BHIC laten zien hoe het water van de Maas vroeger hoog langs de dijken stond en dwars door de dorpen liep.
THEO VAN DER ZANDEN: "Ik woon in Lith, op de Maas en mijn beroep is binnenvisser. Dit is nog voor mijn tijd, want er was hier helemaal een haven. Het water staat ook bijna op de dijk, ik vind het wel mooi. Dit is in het dorp. Het was vroeger zo dat er hele dorpen onder water liepen. Voordat de Maas gestuwd is, was dat altijd. Tot aan Oss liep het onder water.
Vroeger regende het een dag en het was droog. Tegenwoordig gutst het alleen maar. Dat is funest natuurlijk voor de rivier. Want al het water wat je in de Ardennen valt moet toch hierlangs naar zee toe. Dus dat krijgen wij dan."
(Lucht)Beelden van waterwerken aan de Maas: sluizen en rechte rivierstukken, ondersteund door historische foto’s van het Nationaal Archief van de tijd dat de dijken werden aangelegd.
VOICE-OVER: "Eeuwenlang legden we de Maas vast in dijken, sluizen en rechte lijnen om overstromingen te voorkomen en de scheepvaart veiliger te maken. Kilometers grond werden met de hand verplaatst. 'De Maas recht, de rug krom', zeiden ze toen. Nu moeten de dijken opnieuw worden versterkt en geven we de rivier weer de ruimte om te meanderen."
Hans van Engen, landschapsarchitect van de provincie Noord-Brabant, staat bij het dijkherstelgebied waar een meander wordt gegraven en de dijk wordt verstevigd.
HANS VAN ENGEN: "Om het belang van deze dijk te onderstrepen: als deze door zou gaan, dan staat half Den Bosch onder water. Het heeft nog een ander bijkomend voordeel. Door hier ruimte te maken voor de rivier dragen we ook bij aan waterstanddaling op de Maas.
In de zomerperiode zal deze meander vooral vorm krijgen als rietmoeras, met zoet water wat door kwel gevoed wordt. Hele natte condities die ook heel erg in dat natuurlijk systeem van de uiterwaarden thuishoren.
We gaan hier ook werk maken van allerlei struinpaden, fietspaden. Het gebied wordt niet alleen ingericht voor de natuur maar ook heel erg voor de mensen uit het gebied en recreanten om van deze prachtige plek te kunnen genieten.
We graven hier de meander weer uit en de klei die daar uit vrijkomt gaan we straks gebruiken om de dijk te kunnen versterken. Het is super duurzaam omdat je met hele korte transport afstanden kan werken. Dat bespaart zoveel CO2 dat we echt denken dat we uiteindelijk in staat zullen zijn om een CO2-neutrale dijk aan te leggen. Dat is heel bijzonder."
(Lucht)Beelden van het dijkherstelgebied.
VOICE-OVER: "Met de meanderende Maas geven we de rivier weer ruimte. Het water kan sneller weg en het peil bij hoogwater blijft lager."
Een rivier stroomt een stad in.
VOICE-OVER: "Verder stroomafwaarts, bij Den Bosch, komt alles samen. Daar is het zoeken naar ruimte voor water dat nergens meer heen kan."
Koos Beurskens, programmamanager Deltaprogramma Maas, staat langs het water in de stad.
KOOS BEURSKENS: "Eigenlijk ligt Den Bosch heel laag en is het min of meer een afvoerputje voor Oost-Brabant. Dus de Hoogwater Aanpak Brabant-Oost is voortgekomen uit de enorme hoeveelheid die deze kant op komt met extreme buien in de provincie.
In totaal is nu becijferd, met de klimaatverandering, dat er eigenlijk nog 36 miljoen kuub water extra geborgen moet worden. Dus hier is een serieus probleem. Dat betekent dat eigenlijk ook afgewogen moet worden of er bovenstrooms die extreme buien niet beter kan worden vastgehouden. Of zou een gemaal een oplossing kunnen zijn?"
Deelnemer Bart van Berkel en adviseur Lex Huijbers van Boer Bier Water, zijn op Barts boerderij in gesprek, terwijl ze samen foto’s bekijken.
BART: "Het is wel echt droog geweest."
LEX: "Ik ken nog 1976."
BART: "Ja, dat weet ik ook nog, ja."
LEX: "Niks. Zo droog."
BART: "Nee, dat was extreem, ja. Dat was echt niet normaal. Ik weet nog wel: had van die laarzen aan waren iets te groot, waren van ons Christiaan. Dan zette ik een stap en ik stapte uit mijn laarzen. Mijn voeten deden gewoon pijn, zo warm was dat zand."
LEX: "Ja, ja, ja, ja."
BART: "Zoals je op het strand loopt in Portugal. Dat de voeten pijn doen en dat was toen ook."
(Lucht)Beelden van een grote zandvlakte in een natuurgebied.
VOICE-OVER: "De zomer van '76 lijkt ver weg, maar wat toen uitzonderlijk was, zien we nu steeds vaker terug. Lange periodes van droogte, drogen de bodem steeds verder uit. Op de hoge zandgronden van Brabant zakt het water snel weg en krijgt de bodem nauwelijks de kans om het vast te houden."
Lonneke Schilte, droogtecoördinator Waterschap De Dommel, loopt door het natuurgebied.
LONNEKE SCHILTE: "Dit is eigenlijk wel een typisch stukje Brabant. Toch een heel groot deel van Brabant ligt op de hoge zandgronden, zoals dat heet. Je ziet al aan het zand: het is eigenlijk heel fijntjes. Heel veel van die zandgronden houden dus heel moeilijk water vast. Er is echt een verdrogingsprobleem. Brabant is eigenlijk van één van de natste provincies van Nederland naar één van de droogste provincies van Nederland gegaan.
Die hoge zandgronden worden ook heel vaak doorsneden door allerlei beekdalen. Hier zijn we in het beekdal van de Tongelreep. Die is nu helemaal hersteld. Wat je ziet is dat 'ie dus helemaal kronkelend gegraven is. Weer op de loop zoals hij zo'n beetje in 1850 lag. Daardoor moet ook het water een veel langere weg afleggen, waardoor je eigenlijk ook langer dat water in het gebied houdt. Het water is gewoon letterlijk veel langer onderweg.
Hier is dus niet alleen de beek zelf aangepakt. Er zijn ook heel veel slootjes in de directe omgeving gedempt. Dat water hoeft niet versneld afgevoerd te worden, maar mag daar gewoon in de grond zakken. Dat zijn allemaal dingen die helpen om dat grondwater omhoog te krijgen.
Wat je hier al wel ziet is allemaal grind. Dat heeft die beek dus allemaal zelf meegenomen. Die grindplekjes zijn bijvoorbeeld weer heel belangrijk voor een vis als de beekprik, wat een heel zeldzaam visje is, en die heeft dit grind eigenlijk nodig voor zijn voortplanting.
Kijk, uiteindelijk verlaat water ons gebied. Het stroomt nou eenmaal van hoog naar laag. Daar kunnen we niks tegen doen, dat is vanzelf zo. We kunnen er ook niks aan doen dat we hier zandgrond hebben wat maar moeilijk water vasthoudt. Waar we wel wat aan kunnen doen is in ieder geval het zo lang mogelijk vertragen. Dus zo lang mogelijk in het gebied houden en zorgen dat het dus ook de tijd en de kans krijgt om die bodem in te zakken."
Beelden van een bierbrouwerij.
VOICE-OVER: "Water vasthouden waar het valt, dat gebeurt op steeds meer plekken. Ook bedrijven dragen bij aan het tegengaan van zoetwater tekorten. In Lieshout wordt het spoelwater van de bierbrouwerij gezuiverd en hergebruikt door boeren in de omgeving."
Christel van Otterdijk, milieuspecialist Royal Swinkels, staat bij het waterzuiveringssysteem.
CHRISTEL VAN OTTERDIJK: "We lozen op het kanaal en stroomafwaarts mag een boer daar weer een inlaat. Dus we hebben een inlaat voor de boer naar zijn grond en zo komt het stroomafwaarts uiteindelijk op de locatie terecht waar het moet zijn. Het komt bij de wortels van de planten die het nodig hebben terecht. We zorgen dat het niveau in de grond stabiel blijft, zodat ook niemand dat fluctuerende waterniveau heeft. Beter voor gewassen, beter voor de bodem."
Bart en Lex zijn in gesprek over het systeem.
BART: "Zeker met mais zie je het heel duidelijk. Maar ook met aardappelen of biet of zo."
LEX: "Zeker bij jullie, een deel van het bedrijf wel dat systeem inlegt."
BART: "Ja."
LEX: "En een deel van het bedrijf niet. Maar je ziet het ook vaak met een buurman wel, hè?"
BART: "Ja, alleen ons buurman heeft het systeem nu ook. Ja, na ons is hij ook begonnen. Dus nu hebben we allebei goed voor elkaar."
CHRISTEL: "Het water wat niet naar het kanaal en de boeren gaat lozen we op de Goorloop, ons lokale waterschaps water. Vroeger ging dat zo snel mogelijk naar de Aa, van de Aa naar de Maas en van de Maas naar de zee. Dit moet hier blijven bufferen om die waterstand in peil te houden. Zie je vooral in de zomer, dat wij daar echt wel een wezenlijke positieve bijdrage kunnen hebben in de waterstand hier in de omgeving.
Goed waterbeheer is de toekomst. Wij willen de brouwerij mooier doorgeven aan de toekomst. Ik geloof dat iedereen dat zou moeten willen. Dat 'ie zijn omgeving mooier moet doorgeven."
Luchtbeelden van de rivier de Mark en Het Markdal worden afgewisseld met historische foto’s van het Stadsarchief Breda, waarop te zien is hoe de rivier uit de stad verdween en plaatsmaakte voor wegen.
VOICE-OVER: "De rivier de Mark slingert vanuit België het Noord-Brabantse land in. Door Het Markdal tot in Breda. In de vorige eeuw werd ze in de stad gedempt. Bedekt met asfalt in het teken van verkeer en bereikbaarheid. Maar nu stroomt ze weer in het zicht, midden in de stad."
Stan Avontuur, sr. gebiedsadviseur Waterbeleid en Plannen, Waterschap Brabantse Delta, staat bij de rivier.
STAN AVONTUUR: "We staan hier aan de rand van Breda, waar de Mark de stad in komt. Hier links van mij zie je Het Markdal, waar we de afgelopen tijd als waterschap met andere partners veel hebben gerealiseerd. We hebben het over waterkwaliteit, ecologische doelen en natuurherstel.
Zodra de Mark de stad in komt, wordt hij meteen een stuk rechter en wordt hij ook veel meer omkaderd door verschillende kademuren. Het zorgt nog steeds dat we dezelfde doelen hebben. We moeten hier nog steeds de ecologische doelen halen. De verschillende waterkwaliteitdoelen. Dat vraagt echt om innovatieve oplossingen."
Colin Peters, inwoner Breda, staat in de stad en bekijkt de foto's van het Stadsarchief Breda.
COLIN PETERS: "Dit was dat men nog geloofde dat alles ringwegen moest hebben. Het oude vervoer van de schepen dat moest voorbijgaan. De warmte blijft hangen door veel baksteen, veel bestrating, eigenlijk weinig groen."
Beelden van de Mark die nu weer door de stad stroomt, met het herstelde groen rondom de rivier.
COLIN: "Dit heeft meer charme en het is een mooi resultaat."
STAN: "Dit is het eerste deel van de nieuwe Mark. Het was voorheen de flessenhals qua waterkwantiteit. Je zit hier midden in de stad. De rivieren komen hier samen en gaan in de singel eromheen. Deze nieuwe Mark zorgt ervoor dat de druk op de flessenhals vermindert en dat we daardoor meer kunnen bieden qua waterveiligheid en qua het opvangen van water in overlast tijden.
Je kan het ook op een andere manier zien. In de zomer is er veel hitte en die hittestress kan je ook écht verminderen door deze nieuwe Mark. Het biedt ook echt heel veel kansen voor de biodiversiteit en de waterkwaliteitdoelen. Die we dan veel beter kunnen halen, en moeten gaan halen. Zo simpel is het ook."
Luchtbeelden van de Maas die door het gebied stroomt.
Het logo van de Rijksoverheid verschijnt in beeld.
Beeldtekst:
Nationaal Deltaprogramma 2026