Voorkeursstrategie Hoge Zandgronden

De hoge zandgronden zijn gevoelig voor droogte. Droogteperiodes hebben structurele gevolgen voor het grond- en oppervlaktewater. De beschikbaarheid van zoetwater verbeteren is dus van groot belang. Maatregelen moeten daarvoor zorgen. Het jaar 2018 liet zien hoeveel schade extreme droogte kan aanrichten, met name in de land- en tuinbouw. Eveneens heeft droogte negatieve effecten op de natuur en waterkwaliteit in natuurgebieden en in beken. Ook 2019, 2020 en 2022 waren bijzonder droog. Naast droogte zijn de hoge zandgronden tevens gevoelig voor wateroverlast. Het is daarom belangrijk verschillende maatregelen goed op elkaar af te stemmen, zodat een nieuwe balans ontstaat. 

De partners in Noord-, Oost- en Zuid-Nederland stelden samen een ambitie en strategie op voor de lange termijn tot 2050. De ambitie is als volgt omschreven: ‘de Hoge Zandgronden in Noord-, Oost- en Zuid-Nederland klimaatbestendig en waterrobuust maken, opdat de regio’s kunnen omgaan met extreem weer en watertekort’. Dit betekent dat er een gebiedsdekkende aanpak nodig is voor het beoogde veerkrachtige (grond)watersysteem. Een programma met specifieke maatregelen (2022-2027) kijkt naar de korte termijn. Het toekomstperspectief luidt: ‘In 2027 is klimaatbestendig en waterrobuust inrichten de gangbare praktijk. In 2027 voldoet 20 procent van de Hoge Zandgronden aan de ambitie voor 2050.’ De maatregelen voor zoetwater en ruimtelijke adaptatie zijn zoveel mogelijk met elkaar verweven en wordt rekening gehouden met de beperkte waterbeschikbaarheid in de zomer.

Grondwatervoorraadbeheer

De kern van de voorkeursstrategie is grondwatervoorraadbeheer, met als doel het aanwezige water in het gebied beter vast te houden. De keuze voor grondwatervoorraadbeheer volgt uit een van de adviezen van de Beleidstafel Droogte. Er zijn verschillende voorbeelden van grondwaterbeheer, bijvoorbeeld: het sturen van de wateraanvoer voor grondwateraanvulling in de winterperiode, het vasthouden van water in het detailwatersysteem en in landbouwbodems en grondwaterstanden verhogen en grondwater aanvullen. Andere opties zijn: infiltratie van hemelwater in het stedelijk gebied en besparing en hergebruik van water in de landbouw en door bedrijven en burgers. Voor het grootste deel van de Hoge Zandgronden waar geen mogelijkheid is tot wateraanvoer via kanalen of rivieren, moet tijdens het groeiseizoen altijd rekening gehouden worden met een dalende grondwaterstand als gevolg van het neerslagtekort. Door een grotere voorraad aan te leggen, met een hogere voorjaarsgrondwaterstand die ook wordt vastgehouden, kan een langere periode van droogte worden overbrugd.  

Maatregelen in samenhang

Integraliteit is belangrijk, daarom wordt zoetwateraanpak verbonden met ruimtelijke opgaven voor bijvoorbeeld landbouw, natuur en economie en met andere water- en klimaatopgaven. De gevolgen van extreem weer voor de hoge zandgronden vragen om een samenhangende aanpak.