De uitvoering van maatregelen in de Zuidwestelijke Delta is in volle gang. Ook de komende jaren staan veel nieuwe projecten op de agenda.
Mijlpalen 2015-2025
De afgelopen jaren is veel vooruitgang geboekt in de Zuidwestelijke Delta. Een greep uit de mijlpalen:
- Het integrale project Waterdunen is afgerond. Dit project combineerde kustversterking, natuurontwikkeling en recreatie.
- Ook is het project Zandsuppletie Roggenplaat in de Oosterschelde uitgevoerd. Dit project richtte zich op natuur en veiligheid (minder golfaanval op de zuidkust van Schouwen).
- In het project Roode Vaart is het werk aan de haven in Zevenbergen in 2020 afgerond.
- De pilot ‘Slim omgaan met zand Kop van Schouwen’ leidde onder meer tot nieuwe dynamiek en grotere ecologische en landschappelijke waarden van de duinen. Ook vond er zandsuppletie plaats bij het strand aan de Brouwersdam; dat is belangrijk voor de regionale economie.
- In het kader van de Klimaatadaptatiestrategie voor Zeeland (KASZ) zijn de klimaatstresstesten afgerond en vond een Zeeuwse risicodialoog plaats. Het resultaat is de notitie 'Klimaatverandering: Zeeuwse risico’s in beeld'. Hieraan gekoppeld is een gezamenlijk uitvoeringsprogramma ontwikkeld en een zesjarig uitvoeringsconvenant afgesloten.
- Op 3 mei 2022 is de inlaatvoorziening bij de Roode Vaart officieel in gebruik genomen. Hiermee kan West-Brabant worden voorzien van extra zoetwater vanuit het Hollands Diep.
- Het Kennisprogramma Zeespiegelstijging organiseerde in 2022 drie werksessies voor de Zuidwestelijke Delta. Deze leverden vooral meer inzichten op in de toekomstige inzet van water en land, bijvoorbeeld de bouw van kerncentrales en nieuw te ontwikkelen kustlandschappen, in combinatie met waterveiligheid-, natuur- en recreatiefuncties. De Tussenbalans van het Kennisprogramma toont de langetermijngevolgen van zeespiegelstijging voor de regio: de primaire waterkeringen moeten verder verhoogd én verbreed worden, er is meer risico op verzilting en de zomerse beschikbaarheid van zoetwater neemt af. Deze resultaten maken het urgenter om te redeneren vanuit Water en Bodem Sturend.
- Aan de voet van de Brabantse Wal komt een grote hoeveelheid zoetwater vrij, afkomstig uit de bodem en van directe regen. Dit water, ongeveer 30 miljoen kuub per jaar, stroomt ongebruikt de Westerschelde in. De waterschappen Brabantse Delta en Scheldestromen, provincies Noord-Brabant en Zeeland en waterbedrijf Evides hebben de ambitie dit water nuttig te gebruiken. In 2023 bleek uit onderzoek dat de kwaliteit en de beschikbaarheid van het walwater onvoldoende waren voor de productie van drinkwater. Maar landbouw, natuur en industrie zullen er hun voordeel mee kunnen doen.
- Het Deltaprogramma Zuidwestelijke Delta ondersteunt en stimuleert gemeenten bij het vinden van oplossingen in de overlap met gebiedsuitwerkingen van de provincies. Het Gebiedsoverleg deed daarom een uitvraag bij gemeenten en partners voor lokale initiatieven. Begin 2023 honoreerde het Gebiedsoverleg vijf initiatieven en projecten, Hiermee hebben we alle 5 de projecten verder gebracht en zijn de resultaten van de (tussentijdse) mijlpaal met elkaar gedeeld. Het Gebiedsoverleg bekijkt nu hoe deze projecten gezamenlijk verder gebracht kunnen worden en hoe de onderzoeksresultaten te verspreiden zijn.
- Vanaf 2022 is begonnen met het uitwerken van de handelingsperspectieven in de Gebiedsagenda Zuidwestelijke Delta 2050. Deze agenda verbindt de nationale opgaven en de regionale economie tot inspirerende handelingsperspectieven. Naast de lopende processen voor de Gebiedsvisie Veerse Meer en het Gebiedsproces Volkerak-Zoommeer is in 2025 ingezet op aansluiting van gebiedsprocessen in de andere deelgebieden.
- In 2024 is een verkennende systeemanalyse Zuidwestelijke Delta opgesteld van met name de samenhang tussen de watersystemen en gebieden (eilanden). Deze heeft in kaart gebracht welke maatregelen een realistische en robuuste zoetwatervoorziening opleveren. Ook is er gekeken naar de lokale effecten van keuzes volgens Water en Bodem Sturend op de lange termijn. De mogelijkheden en kansen die uit deze systeemanalyse, vormen een belangrijke basis voor tweede herijking van de voorkeursstrategie. De conclusie is dat de huidige voorkeursstrategie voor waterveiligheid en zoetwaterbeschikbaarheid van het hoofdwatersysteem in de gehele Zuidwestelijke Delta tenminste houdbaar en oprekbaar is tot 2050. Afhankelijk van de snelheid van klimaatverandering waarschijnlijk langer. Binnen de watersystemen zijn wel aanvullende maatregelen nodig voor de houdbaarheid en oprekbaarheid ervan. Voor de lange termijn zijn de vraagstukken voor de Zuidwestelijke Delta in eerste instantie afhankelijk van bovenregionale keuzes in de Rijn-Maasdelta.
- In 2025 is het gebiedsproces Volkerak-Zoommeer gestart waarin een lange termijnperspectief wordt ontwikkeld.
- In 2024 is het onderzoek naar de waterkwaliteit van het Veerse Meer afgerond. Uit onderzoek van Rijkswaterstaat en Deltares bleek dat de zuurstofcondities in het Veerse Meer zijn verslechterd. Daarnaast zijn klimaatadaptatiepaden opgesteld om te verkennen welke strategieën van maatregelpakketten bijdragen aan een toekomstbestendig Veerse Meer. Het onderzoek van Rijkswaterstaat is onderdeel van het actieprogramma van de Gebiedsvisie Veerse Meer 2020-2030. Deze visie heeft als doel de kwaliteiten van het gebied te borgen en te versterken.
Grevelingenmeer - voortzetten bestaande situatie
Een doorlaatmiddel in de Brouwersdam om getijdewerking toe te laten kan de waterkwaliteit verbeteren. Het doel van dit extra doorlaatmiddel is het terugbrengen van een beperkt getij, om de onderwaternatuur te verbeteren de bestaande bovenwaternatuur te handhaven.
Een ecologisch goed functionerend Grevelingenmeer vraagt om het dusdanig openen van de Brouwersdam dat de dynamiek in het systeem wordt teruggebracht. Voor de ecologie is de getijdewerking van belang, waarbij het verschil tussen hoog en laag water (getijslag) minimaal 40 centimeter dient te zijn.
Ook is het belangrijk dat er voldoende doorstroming is, zodat het indringende zoute water zich over de gehele waterkolom kan verspreiden, in plaats van een zouttong onder het aanwezige zoete water. Via de Flakkeese spuisluis is er een verbinding tussen de Oosterschelde en het Grevelingenmeer, waarmee er ook uitwisseling met de Oosterschelde ontstaat.
Oosterschelde – diverse maatregelen
In en rondom de Oosterschelde worden diverse maatregelen genomen in relatie tot waterveiligheid, ecologie en waterkwaliteit. Een voorbeeld is het Krammersluizencomplex, gelegen tussen de zoute Oosterschelde en het zoete Volkerak-Zoommeer. Andere maatregelen in relatie tot waterveiligheid worden genomen in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Binnen het HWBP werken het Waterschap Scheldestromen en Rijkswaterstaat samen aan dijkversterkingsoperaties.
In 2025 is het onderzoek over de houdbaarheid en oprekbaarheid van de Oosterscheldekering bij doorgaande zeespiegelstijging afgerond. Uitkomst is dat er verschillende effectieve maatregelen mogelijk om de veiligheid te blijven waarborgen:
- verstevigen van de kering om de toenemende belasting aan te kunnen;
- dijkverhoging om hogere waterstanden op te vangen;
- aanpassen van het sluitregime van de kering, zodat de sluitfrequentie wordt beperkt en noodzakelijk onderhoud mogelijk blijft.
In het traject van de Tweede herijking wordt verkend welke stappen nodig zijn om hierop vooruit te kunnen denken en slimme ontwerpen te kunnen ontwikkelen om de veiligheid in de toekomst te waarborgen.
Westerschelde – herijking langetermijnvisie
Sinds het publiceren van de Langetermijnvisie 2030 zijn er nieuwe ontwikkelingen en uitdagingen zoals klimaatverandering, de energietransitie, een circulaire economie, geactualiseerde natuur- en milieuregelgeving en nieuwe waterveiligheidsnormen. Daarom wordt de Langetermijnvisie 2030 herijkt door actuele kennis over deze ontwikkelingen en uitdagingen te verwerken in het streefbeeld. Het doel van de herijking is het opstellen van een langetermijnvisie, die Vlaanderen en Nederland opnieuw toelaat om grensoverschrijdende keuzes te maken voor het beleid en beheer van het Schelde-estuarium.
De herijking van de Langetermijnvisie 2030 vindt plaats in meerdere fases. In 2024 is gestart met de eerste fase. In deze fase wordt een plan van aanpak opgesteld, dat verschillende mogelijkheden beschrijft waarmee de herijking kan worden opgestart. Onderdeel van het plan van aanpak is een probleemanalyse, op basis van huidige kennis over de (mogelijke) toekomst van het Schelde-estuarium. Ook worden de doelen voor de herijking vastgesteld.
Het plan van aanpak, inclusief de probleemanalyse en doelen, wordt opgesteld en afgestemd met stakeholders en experts van de VNSC. door actuele kennis over deze ontwikkelingen en uitdagingen te verwerken in het streefbeeld. Het doel van de herijking is het opstellen van een langetermijnvisie, die Vlaanderen en Nederland opnieuw toelaat om grensoverschrijdende keuzes te maken voor het beleid en beheer van het Schelde-estuarium.
Plannen 2026-2027
- Naast Veerse Meer en Volkerak-Zoommeer wordt ook voor de andere deelgebieden binnen de Zuidwestelijke Delta ingezet op de uitwerking van de handelingsperspectieven. Dit gebeurt via gebiedsprocessen in de Gebiedsagenda. Daarbij worden maatregelen voor de korte (2030) en middellange termijn (2050) verbonden aan langetermijnperspectief (na 2050).
- Voor het Veerse Meer is in 2021 een Gebiedsvisie Veerse Meer opgesteld. De Gebiedsvisie 2020-2030 heeft als doel de kwaliteiten van het gebied te borgen en te versterken. Waarbij waterveiligheid, natuur, (verblijfs-)recreatie, landbouw, visserij, leefbaarheid, economie en landschap met elkaar in balans zijn. Dit moet ervoor zorgen dat het gebied ook in 2030 en ver daarna toegankelijk en aantrekkelijk blijft voor de verschillende functies en gebruikers.
- Voor het Volkerak-Zoommeer wordt gewerkt aan een concreet uitvoerbaar plan voor het verbeteren van de waterkwaliteit en een lange termijnperspectief, met als doel een robuust en gezond gebied. Dit perspectief wordt verwerkt in het Gebiedsproces Volkerak-Zoommeer. Belangrijke thema’s zijn: ecologie en waterkwaliteit, de beschikbaarheid van zoetwater, economie en recreatie.
- Een maatregel waaraan gewerkt wordt is het verbeteren van de waterkwaliteit Mark-Dintel-Vliet watersysteem, zodanig dat er minder nutriënten in het Volkerak-Zoommeer geloosd worden en er minder lang blauwalgbloei is. Een lagere nutriënten-belasting verkort de duur van de bloei van blauwalgen.
- Een andere maatregel is het verminderen van de zoutlast Krammersluizen door het lerend implementeren van de innovatieve zoet-zoutscheiding, zodat er bij het schutten van schepen minder zoutindringing in het Volkerak-Zoommeer plaatsvindt.
- In het project Herstel Getij Grevelingen wordt in een verkenning gewerkt aan de terugkeer van beperkt getij op de Grevelingen, met als doel het oppervlak aan zuurstofloze bodem te verkleinen en de waterkwaliteit en onderwaternatuur te verbeteren. De waterkwaliteit en onderwaternatuur lijden onder de gevolgen van de Deltawerken. Zeespiegelstijging maakt het op termijn lastiger om de gewenste getijslag te behouden. De maatregel betreft een doorlaat in de Brouwersdam die getijslag mogelijk maakt. Op dit moment ligt een besluit voor bij de minister voor de start van de planuitwerking. Een in 2025 afgerond onderzoek naar de houdbaarheid van de Oosterscheldekering heeft aangetoond dat er tot 2050 geen wijzigingen nodig zijn aan de huidige inzet van deze kering. Het onderzoek laat zien dat de Oosterscheldekering bij een zeespiegelstijging tot 70 cm aan de belangrijke eis, beheersing van de waterstanden in de Oosterschelde blijft voldoen. De kering dempt het effect van de zeespiegelstijging sterk en beschermt de omliggende dijken. Samen zorgen zij ervoor dat het achterland beschermd blijft tegen overstromingen. De kennis en inzichten uit het EZZO-onderzoek worden meegenomen in het traject van het Uitvoeringsprogramma Zuidwestelijke Delta 2050 en ze worden verwerkt in de Integrale Voorkeursstrategie Zuidwestelijke Delta 2050. Beide zijn in 2026 klaar.
- De tweede herijking van het Deltaprogramma Zuidwestelijke Delta wordt verbonden met de concrete uitwerking van de Gebiedsagenda Zuidwestelijke Delta 2050. Dit leidt tot een Uitvoeringsprogramma Zuidwestelijke Delta 2050. Dit uitvoeringsprogramma beschrijft acht water- en landgebieden met bijbehorende gebiedsprocessen. Om voor de belangrijkste opgaven tot concrete uitvoering te komen zijn pijlers benoemd die invulling geven aan de opgaven in de Zuidwestelijke delta. Daarin worden uitgangspunten van regionaal en rijksbeleid gecombineerd. Het resultaat: een verbonden delta in een mozaïek van water- en landgebruik.
- Kennis en onderzoek blijven belangrijk. Kennisvragen over de effecten van zeespiegelstijging krijgen een plaats in het Kennisprogramma Zeespiegelstijging. Integrale kennisvragen worden uitgewerkt in de Integrale Kennis- en Innovatieagenda Zuidwestelijke Delta. Deze agenda geeft zicht op de samenhang en verbinding tussen de losse kennisagenda’s. Aan de hand van een methodiek ontwikkeld door Deltares krijgen de partijen inzicht in de complexe integrale (gebieds)vraagstukken voor de korte, middellange en lange termijn. Het plan is om deze nieuwe aanpak in 2026 te implementeren in het werkproces.
- De uitvoering van ‘icoonprojecten’, als onderdeel van het Onderzoekstraject Deltavraagstukken, draagt bij aan de landelijke en regionale kennisontwikkeling. Een voorbeeld is het icoonproject Innovatieve Waterkerende Landschappen.
- De Projectorganisatie Waterveiligheid (POW) is een samenwerkingsverband tussen waterschap Scheldestromen en Rijkswaterstaat Zee en Delta. De POW werkt de komende jaren aan de dijkversterking Hansweert. Dit is het eerste Zeeuwse project dat volgens de nieuwste veiligheidsnormering wordt uitgevoerd. Daarnaast richt het project zich zo veel mogelijk op duurzaamheid en circulariteit. Bewoners dachten hier mee over verschillende varianten en brachten tijdens inwonersavonden en dijkexcursies wensen en ideeën in. Het project wordt in fasen uitgevoerd en is naar verwachting in 2027 afgerond.
- Het regionale watersysteem wordt robuuster ingericht en beheerd voor het verkrijgen van een nauwere samenhang met het hoofdwatersysteem. Het hergebruik van gezuiverd rioolwater wordt onderzocht en krijgt vorm in enkele deelgebieden (regio Bath en Terneuzen). De regionale partners trekken zoveel mogelijk gezamenlijk op bij de noodzakelijke kennisontwikkeling.
- De netwerkorganisatie Living Lab Schouwen-Duiveland zoekt nieuwe, innovatieve oplossingen voor complexe uitdagingen op het gebied van water, voedsel, onderwijs en bestuur. Er wordt samengewerkt met onderwijsinstellingen, ondernemers, overheden, onderzoeksinstituten en inwoners. Zij toetsen innovatieve oplossingen in de praktijk, op weg naar een circulaire economie in Schouwen-Duiveland.