In het Kennisprogramma Zeespiegelstijging worden verschillende denkrichtingen verkend om zeespiegelstijging het hoofd te bieden. In 2024 zijn de resultaten van de consortia Zeewaarts, Beschermen en Meebewegen gepresenteerd. Afgelopen jaar is gewerkt aan een vierde denkrichting: Meegroeien. Daarbij is gekeken naar de mogelijkheden om gebruik te maken van natuurlijke dynamiek voor de bescherming tegen de zeespiegelstijging.  

Natuur slim benutten

Deze sessie stond onder leiding van Frans Scheepens. Saskia van Vuren en Annemiek Roeling, co-programmamanagers van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging, gaven samen een inleiding. Van Vuren: “De denkrichtingen Beschermen, Zeewaarts en Meebewegen gaan uit van technische oplossingen. In de vierde denkrichting, Meegroeien, kijken we hoe we natuurlijke processen slim kunnen benutten om Nederland leefbaar en veilig te houden.” Roeling gaf enkele voorbeelden van positieve resultaten die al zijn bereikt met aangroeiende kwelders en zandig kustbeheer. 

Volwaardig alternatief

Alex Hekman, Sweco, en projectleider van het consortium dat het onderzoek heeft uitgevoerd, benadrukte dat het technisch mogelijk is om Nederland te beschermen tegen vijf meter zeespiegelstijging, maar dat dan heel veel kustnatuur zal verdwijnen. “Onze vraag was: is het ook mogelijk om dit te voorkomen? De conclusie luidt: ja, het is mogelijk om op deze manier te werken, het is effectief en haalbaar”, aldus Hekman. “Kortom, we hebben een volwaardige vierde strategie ontwikkeld. Maar techniek blijf nodig. En meegroeien vraagt tijd, en daarom is het zaak om snel te starten.” 

Beeld: © Martijn Beekman Fotografie

Saskia van Vuren (links) en Annemiek Roeling (rechts), co-programmamanagers van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging, bij de presentatie van de vierde denkrichting: Meegroeien.

Winst ook voor de natuur

Bregje van Wesenbeeck, wetenschappelijke directeur van Deltares en hoogleraar aan de TU Delft, vertelde over de kwelders die eeuwenlang onze kust hebben beschermd, maar grotendeels zijn verdwenen door inpolderingen. “Dergelijke begroeide gebieden kunnen 1,5 tot 2 cm per jaar meegroeien met zeespiegelstijging”, zei Van Wesenbeeck. “Daar moet je wel ruimte voor inplannen – maar de effecten van het ruimtebeslag kunnen beperkt blijven als we slim kiezen.” 

Kosten en baten

Bas Kolen, directeur Onderzoek en Ontwikkeling bij HKV en hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, besprak een kosten-batenanalyse van twee vormen van het meegroeiscenario. Enerzijds ‘open en meegroeilandschappen’, en anderzijds de ‘nature-based stormvloedkering en vloedkommen’. Beide zijn iets duurder dan puur technische oplossingen, maar het aantal slachtoffers bij een ramp ligt lager. “Daarnaast is er grote winst te boeken voor de natuur.”

De tijd nemen

Sessieleider Frans Scheepens hield vervolgens een vraaggesprek met vier panelleden: Joris Geurts van Kessel van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat; Roeland van der Schaaf, dijkgraaf bij waterschap Noorderzijlvest; Arno Vael, gedeputeerde in Zeeland; en Kirsten Haanraads, hoofd Programma Nederland bij het Wereld Natuur Fonds. We moeten de tijd nemen voor dit soort nieuwe denkrichtingen, luidde hun conclusie. “En we moeten beginnen met praten, niet met de technische oplossingen. Wil je dit voor elkaar krijgen, dan zul je het echt samen met de mensen moeten doen.” En: “Het kost zeker een aantal jaren voordat je een gedragen plan hebt. Dus neem de tijd daarvoor.” 

Tegelijkertijd moeten we niet te lang wachten, concludeerden de panelleden. “We hebben genoeg mooie voorbeelden, bijvoorbeeld in Noord-Nederland, die laten zien hoe goed en hoe mooi dit kan worden.”