Deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie

Nederland is een dichtbevolkt en laaggelegen land. Hierdoor zijn we extra kwetsbaar voor de gevolgen van extreem weer en klimaatverandering: wateroverlast, hitte, droogte en overstromingen. Het risico op schade in bebouwd en landelijk gebied loopt op. De deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie stelt dat Nederland in 2050 waterrobuust en klimaatbestendig is ingericht.

Gemeenten, waterschappen, provincies en het Rijk zorgen er samen met private partijen voor dat schade door hitte, wateroverlast, droogte en overstromingen zo beperkt mogelijk blijft. Ze houden rekening met klimaatverandering bij zaken als de aanleg van nieuwe woonwijken en bedrijventerreinen, het opknappen van bestaande bebouwing, vervanging van rioleringen en wegonderhoud. Daarbij maken ze gebruik van informatie over hoe het klimaat zich ontwikkelt: de klimaatscenario’s.

Tussendoelen

Een klimaatbestendige en waterrobuuste inrichting in 2050 klinkt nog ver weg. Daarom zijn er tussendoelen opgesteld. Al sinds 2020 moet klimaatbestendigheid en waterrobuustheid een vast onderdeel zijn in het beleid en handelen van partijen. Denk bijvoorbeeld aan de omgevingsvisies en de daaraan verbonden ruimtelijke ontwikkelingen. Overheden analyseren de kwetsbaarheid van het eigen gebied met een stresstest (‘weten’). In een risicodialoog met alle relevante partners bespreken ze de resultaten van deze analyse. Ook vertalen ze die naar een adaptatiestrategie met concrete doelen en bijbehorende maatregelen (‘willen’). Ten slotte borgen ze deze ambitie in een uitvoeringsagenda, overige programma’s, kaders en wet- en regelgeving (‘werken’). Deze stappen doorlopen overheden niet eenmalig, maar elke zes jaar of bij nieuwe ontwikkelingen.

Nationale vitale en kwetsbare functies 

Voor een klimaatbestendige en waterrobuuste inrichting zijn de vitale en kwetsbare functies van belang. Dat zijn bijvoorbeeld de energievoorziening (elektriciteit, gas, olie), telecom en ICT (openbaar net en noodcommunicatie), afvalwater, drinkwater, gezondheidszorg (zoals ziekenhuizen) en gemalen. In het Deltaprogramma is extra aandacht voor deze functies, omdat bij een overstroming of door extreem weer belangrijke voorzieningen kunnen uitvallen. Uitval veroorzaakt veel schade en zorgt voor grote problemen bij crisisbeheersing: onder meer digitale communicatie en beschikbaarheid van wegen zijn cruciaal voor evacuatie. Voor elke vitale en kwetsbare functie is maatwerk nodig; dat is nog in volle gang. Rijkswaterstaat en ProRail investeerde veel tijd in de stresstesten en risicodialogen. Op basis daarvan zijn uitvoeringsagenda’s opgesteld. Belangrijk voor het werk aan vitale en kwetsbare functies is de samenwerking met de veiligheidsregio’s. In 2022 voerden de veiligheidsregio’s een bovenregionale Impactanalyse Overstromingen uit. Ze brachten in kaart hoe schade, slachtoffers en ontwrichting beperkt kunnen worden. Het blijkt dat de effecten op stroomvoorziening marginaal zijn buiten direct overstroombare gebieden. In 2050 moeten de vitale en kwetsbare functies bestand zijn tegen overstromingen, wateroverlast, hitte en droogte.

Ontwikkelingen

De afgelopen zes jaar is er al veel bereikt met de uitvoering van de deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie. Een greep uit de mijlpalen: 

  • Sinds 1 januari 2021 is de Impulsregeling Klimaatadaptatie van kracht. In het eerste jaar diende ruim de helft van de 45 werkregio’s een officiële aanvraag in. Vijftien aanvragen zijn in 2021 afgehandeld. Inclusief de financiële bijdragen vanuit de werkregio’s zelf, heeft het maatregelenpakket van de aanvragen uit 2021 een totale waarde van bijna 150 miljoen euro.
  • Er is een Beleidstafel Wateroverlast en Hoogwater gestart, na de overstromingen in juli 2021 in Limburg, België, Duitsland en Luxemburg. In het eerste advies van de beleidstafel staat onder andere dat de uitgangspunten voor stresstesten uniform gemaakt moeten worden. Het ministerie van IenW is daarmee inmiddels gestart.
  • De 45 werkregio’s van het DPRA hebben in 2021 de risicodialogen afgerond en uitvoeringsagenda’s opgesteld. 
  • Begin 2022 werd de voortgang van het werk in de werkregio’s in beeld gebracht. Dat gebeurde onder meer in de vorm van gesprekken met gebiedscoördinatoren en trekkers van de werkregio’s, uitgevoerd door Platform Samen Klimaatbestendig. Daaruit blijkt dat de grootste uitdagingen op het gebied van ruimtelijke adaptatie liggen bij de capaciteit voor de te nemen stappen en voor de uitvoering van concrete projecten. 
  • De ministeries van BZK, IenW, LNV en VWS werken samen aan de ‘Nationale Aanpak klimaatadaptatie gebouwde omgeving 2022-2025, op weg naar groene, klimaatadaptieve steden en dorpen’. Hierin staat welke acties nodig zijn en hoe het Rijk hierbij wil samenwerken met medeoverheden en andere stakeholders. Het nationale aanpak is een uitwerking van het speerpunt ‘gebouwde omgeving’ van de Nationale Klimaatadaptatiestrategie (NAS). Na de zomer van 2022 gaat de nationale aanpak naar de Tweede Kamer. 
  • De ministeries van BZK, IenW en LNV werken aan een ondersteunend nationaal programma voor de aanpak van funderingsproblematiek. Ook is het nationale Kenniscentrum Bodemdaling en Fundering in oprichting. Het kenniscentrum ontsluit kennis en informatie en is bedoeld voor inwoners en professionals.
  • Rijkswaterstaat en ProRail rondden in 2021 hun stresstesten en risicodialogen af. De resultaten van Rijkswaterstaat zijn verwerkt in de Rijkswaterstaat Klimaateffectatlas. 

Plannen 2022-2026

De komende jaren wordt doorgewerkt aan de uitvoering van de deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie. De aanpak staat beschreven in het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie.
Belangrijkste onderdelen zijn:

  • Het verbinden van de opgave voor klimaatadaptatie met andere ruimtelijke opgaven, zoals de woningbouwopgave, de energietransitie, de landbouwtransitie, bodemdaling, biodiversiteit en de mobiliteitstransitie.
  • Ondersteuning en kennisdeling via het Kennisportaal Klimaatadaptatie en de Klimaateffectatlas
  • Het beter op elkaar afstemmen van de wateropgaven in het Deltaprogramma Ruimtelijke adaptatie (DPRA), Deltaprogramma Zoetwater (DPZW) en Deltaprogramma Waterveiligheid (DPWV).
  • De gezamenlijke uitvoering van de Nationale Klimaatadaptatiestrategie (NAS) en het DRPA.
  • De uitvoering van het programma LIFE-IP Klimaatadaptatie. Dit Nederlandse programma, met cofinanciering door de Europese Unie (EU), omvat maatregelen voor het versnellen van de uitvoering van klimaatadaptatiemaatregelen in Nederland.

Mijlpalen 2015-2020

In de afgelopen jaren is ook al veel bereikt met de uitvoering van de deltabeslissing Ruimtelijke adaptatie. Een greep uit de hoogtepunten: 

  • Er zijn in Nederland 45 werkregio’s ingesteld die in hun eigen gebied met diverse partijen samenwerken aan ruimtelijke adaptatie. Soms slaan de werkregio’s de handen ineen in gebiedsoverleggen, zoals in Zuid-Nederland en Oost-Nederland. 
  • Om praktijkkennis op te doen en goede voorbeelden te delen, zijn impactprojecten uitgevoerd met financiële steun van het Stimuleringsprogramma. 
  • Het Kennisportaal Klimaatadaptatie bevat bijna honderd verschillende hulpmiddelen voor het faciliteren en ondersteunen van partijen die werken aan klimaatadaptatie. Het gaat onder meer om hulpmiddelen die door Deltaprogramma Ruimtelijke adaptatie en het Kennisprogramma NKWK-KBS zijn ontwikkeld, zoals de stresstesten, de Klimaateffectatlas, de Klimaatschadeschatter en de Toolbox Klimaatbestendige Stad.