Parallelsessie 1 - Integratie: klimaatadaptatie en andere opgaven verbinden, hoe dan?

Hans Mommaas, directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving, opent de parallelsessie. Hij deelt zijn visie op het verbinden van de klimaatadaptatie-opgave met andere opgaven. “Water en bodem moeten centraal staan bij de aanpak van grote opgaven, zoals energie en woningbouw, maar ook bij klimaatadaptatie.”

Kijk hier de parallelsessie terug via YouTube

Maar hoe dan? Daarover heeft Mommaas wel een idee. “We moeten goed kijken wat je op welk schaalniveau kan regelen. Ook moeten we gemakkelijker kunnen schakelen tussen die schalen.” Mommaas vergelijkt het met het Huis van Thorbecke. “We moeten niet het huis verbouwen, maar het trappenhuis in. Op rijksniveau moeten platforms ontstaan die naar boven en beneden kijken en waar regio’s signalen kunnen adresseren.” 

“De klimaatcrisis ligt op het bord van ons allemaal”
Cathelijne Bouwkamp

Leefbaarheid in de buurt

Sessieleider Kim Coppes nodigt drie beleidsmedewerkers uit op het podium. Hoe combineren zij klimaatadaptatie met andere opgaven? “Met bewoners praten we vooral over de leefbaarheid in de buurt”, vertelt Martijn Schuit, beleidsmedewerker klimaatadaptatie bij gemeente Groningen. “Bewoners kwamen meerdere keren bij elkaar en pas op de laatste avond beseften ze dat ze ook met klimaatadaptatie bezig waren. Dat woord hadden we nog niet genoemd.”

Op ieders bord

De drie beleidsmedewerkers maken plaats voor nog eens vijf panelleden, waaronder Cathelijne Bouwkamp van de gemeente Arnhem. “De klimaatcrisis ligt op het bord van ons allemaal. We moeten gebiedsteams oprichten, zodat je kan bespreken wat de ambitie van een gebied is en dat ook gewoon doen.” Hagar Roijackers, gedeputeerde van Noord-Brabant, denkt dat het begint met verwachtingen uitspreken. “Als je praat over een effectieve aanpak heb je met steden een heel ander gesprek dan met regio’s. We moeten eerst van elkaar weten wat we verwachten van een gebiedsgerichte aanpak.” 

Tot slot reageert Mommaas op de gesprekken. “Volgens mij zitten we nu in de fase van een nieuwe bestuurscultuur. Niet centraal of decentraal, maar ‘en, en’.”